Strijd tegen Duizendknoop in Den Hoek
Japanse duizendknoop lijkt een onschuldige en weinig opvallende plant maar in werkelijkheid is het een invasieve exoot. Deze Aziatische plant concurreert door z’n enorme groeikracht alle andere planten weg, verspreidt zich razendsnel en laat zich zeer moeilijk uitroeien. In polder Den Hoek hebben we op drie locaties een soortgelijke duizendknoop ontdekt. Om de biodiversiteit te bewaren en verdere verspreiding te voorkomen, laten we de planten -zonder gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen- verwijderen door een gespecialiseerd bedrijf: Natuur & Ruimte.
Ecologische woestijn
De Bastaardduizendknoop is het minder bekende maar even lastig te bestrijden zusje van de Japanse duizendknoop. Deze plant groeit in Den Hoek langs de Veenwetering bij een bruggetje en aan beide zijden van een gronddam, in een gebied waar we nieuwe natuur gaan aanleggen. Als we de dominante duizendknoop z’n gang laten gaan, kunnen er op termijn geen andere planten meer groeien waar deze exoot voet aan de grond krijgt. De groeiplaatsen van de duizendknoop veranderen daardoor langzaam in een ecologische woestijn. Terwijl we juist méér biodiversiteit in dit gebied willen brengen.
Kleinste stukje is al funest
De plant groeit erg snel: een groeiplaats kan in een jaar tijd meer dan verdubbelen en regelmatig maaien versnelt het groeiproces alleen maar. Invasieve duizendknopen verspreiden zich vooral door zijwaarts groeiende wortels én door toedoen van de mens. Ook de kleinste stukjes plant die ergens anders terecht komen, kunnen namelijk weer uitlopen tot een nieuwe plant. Verspreiding vindt daarom vaak ongewild en ongemerkt plaats. Bijvoorbeeld doordat afgegraven grond of maaisel (met duizendknoop) ergens anders terecht komt of doordat bij graafwerkzaamheden materieel ‘besmet’ raakt met plantendelen en vervolgens elders wordt ingezet.
Ten aanval
Het definitief uitroeien van de duizendknoop is daarom een arbeidsintensieve klus van de lange adem. Een klus die Natuur & Ruimte vanaf half september op zich neemt en de komende jaren zal uitvoeren. De eerste en grootste slag heeft ondertussen plaatsgevonden: alle planten en de wortelstokken zijn uit de bovenste grondlaag verwijderd. De resterende wortelstokken worden uitgeput door de opkomende stengels frequent eruit te trekken of te steken. Na ongeveer vijf jaar zijn de wortelstokken zo uitgeput dat er geen nieuwe planten meer opkomen. Daarnaast zaaien we het terrein in met een mengsel van inheemse grassen. Dat helpt niet alleen bij het herstellen van de biodiversiteit maar zorgt ook voor schaduw waardoor de nog opkomende duizendknopen minder hard groeien.